Back to Home Page NIW
Vrijdag 14 october 2005 | 11 Tisjrei 5766
Podium
Aanklacht onterecht

Door S.G. (Bob) Engelsman

Als bij mijn weten het enig nog in leven zijnde gewezen bestuurslid van de Fusie van 1957 tot 1969 wil ik mijn ergenis uitspreken over de gehele actie van de nog in leven zijnde gewezen oorlogspleegkinderen, die niet hebben geaarzeld om hun vermeende rechten bij het grote publiek naar buiten te brengen. Ter verduidelijking wil ik enkele punten onder de aandacht brengen.

In de gehele actie, die ik op de voet volg, ben ik geen enkele keer een dankzegging tegengekomen aan de besturen die zich meteen na de oorlog hebben ingezet voor een adequate opvang van deze ontheemde kinderen. Dit ondanks de vele problemen die de bestuurders hadden op te lossen. Zij hebben alle moeite gedaan om over voldoende gelden te beschikken om deze kinderen zo goed mogelijk op te vangen, wat in de naoorlogse jaren een heel moeilijke zaak was.

Het kan zijn dat bij deze opvang fouten zijn gemaakt, hetgeen inherent is aan het doen van activiteiten, maar dat er sprake zou zijn van verduistering of onrechtmatig gebruik van gelden de kinderen toebehorend, is een aanklacht die alle sporen van realiteit mist. Men behoeft slechts de namen van de bestuurders gedurende tal van jaren na te gaan om dit te staven. De Fusie heeft vele jaren eigen geld gebruikt ten koste van verliezen op het kapitaal, om de kinderen een zo goed mogelijke opvang te geven. Alle priverekeningen werden gecontroleerd door registeraccountant Jacq. Mesritz z.l., die bekend stond om zijn onkreukbaarheid en zijn verdediging van gelden van de kinderen. Ik herinner mij dat het kapitaal van de Fusie in de jaren zestig circa 1,7 miljoen gulden bedroeg. Als nu wordt gesteld dat het kapitaal in 1976 circa 1,3 miljoen gulden was, kan de lezer uitrekekenen hoeveel geld de Fusie in de loop der jaren heeft bijgepast. De bouw van het huis aan de Mirandalaan in Amsterdam is grotendeels betaald door de Claims Conference.

Als ik deze kinderen vergelijk met onder curatele gestelden, kan ik constateren dat de curator het recht heeft om alle inkomsten van het betreffende kind te gebruiken voor zijn/haar opvoeding. Als een curator ook delen van het kapitaal wil gebruiken, heeft hij toestemming van de rechtbank nodig.

Uit eigen weten kan ik vaststellen dat een van de bestuurders enkele malen een bedrag uit eigen middelen heeft betaald om een studie van een kind mogelijk te maken.

Ten slotte is het mijns inziens een schandaal Leo Cohen z.l. te betichten van sexuele avances. Deze man heeft samen met zijn vrouw zijn hele leven gegeven om de ontheemde kinderen een zo goed mogelijk onderkomen en een zo goed mogelijke opvang te geven.

Bijna alle bestuurders van het Jongensweeshuis Megadle Jethomim en van het Ned. Isr. Meisjesweeshuis zowel van voor als na de oorlog heb ik persoonlijk gekend. Het is mijn overtuiging dat het helemaal in de geest is dat de gelden die van hen afkomstig zijn geheel worden gebruikt ten algemene nutte.

Copyright: Engelsman, S.G. (Bob)
S.G. (Bob) Engelsman is oud-bestuurslid van De Fusie

Lezersreacties
Geef uw reactie

  • Shalom meneer Engelsman. De nog levende wezen van de tweede oorlogshel zijn allen dankbaar aan degenen die ons toen opvingen, die ons een tehuis probeerden te hergeven. Niet wetend of ik uit naam van allen spreken mag, kan ik het in mijn eigen naam doen. Ook toen ik gedwongen werd om Katholiek te worden en jaren met een valse indentiteit te leven heb ik het geluk gehad om mezelf op deze manier te kunnen redden. Ik ben dankbaar aan ieder die me geholpen heeft in leven te blijven. Ik meen dat velen het met mij eens zijn over dit standpunt.
    Het neemt absoluut niet weg dat de nog levende wezen, kinderen van toen, een onafhankelijk onderzoek eisen om eindelijk eens te weten te komen wat er met hun erfenissen gebeurt is en wie daar verantwoordelijk voor is. Wie was gemachtigd om wezen dossiers te vernietigen zonder er verantwoording voor te geven? Meneer Engelsman mijn inziens zijn hier twee verschillende onderwerpen:
    a) De dankbetuiging van de teruggekomen kinderen in 1945-46.
    b) Onze eis om de zaak onafhankelijk uit te laten zoeken om achter de waarheid te komen.
    Is dat te veel gevraagd?
    Giora Nevo, 16 october 2005. Kiryat-Gat, Israel.

  • top

  • Ik sta steeds weer verbaast hoe sommige mensen op negative wijze reageren over het doen en laten van anderen ten goede van anderen.
    Mijn reactie gaat uit naar het artikel van Bob Engelsman en van Avraham Roet die beiden op de zelfde datum hun artikel in het NIW schreven. Wel heel toevallig!! Ten eerste wil ik opmerken dat allebei deze vooraanstaande leden van de Nederlandse gemeenschap in Israel het niet nodig vonden de petitie te tekenen. Dat vind ik als een mes in de rug van alle nog in leven zijnde wezen die het volle recht hebben de waarheid te weten. Meneer Roet zegt dat het zo snel mogelijk van de baan moet worden geholpen en meneer Engelsman zegt ik ben de enige die de waarheid weet en nog leeft. Ik wens meneer Egelsman nog vele jaren in gezondheid toe maar zeg ook dat als u zich ergert over de "aanklacht" dan schijnt het dat U meer weet dan U los laat. Waar bent U bang voor om zo op deze manier te reageren, kan het U schade toebrengen als men met dit onderzoek begint? Het gaat hier immers om eindelijk eens "open boek" te krijgen van wat er na de oorlog niet werd gegeven en werd verzwijgt voor diegene die het recht hadden het wel te krijgen. En iedereen weet nu wel waarover het gaat. Als ik de reactie van meneer Giora Nevo lees dan kan ik U zeggen dat ik ook gedoopt ben als Katholiek in de oorlog en dat ik ook om deze reden in leven ben gebleven met een valse indentitieit die nergens staat en stond ingeschreven waar dan ook, maar de manier waarop ik ben opgevangen na de oorlog en hoe ik naar Israel ben gekomen zo zijn er nog veel meer waarover U totaal geen snars van weet. Iedereen is dankbaar als die geholpen word maar de manier waarop U zich uitte dat niemand hierover iets schreef als dank betuiging vind ik wel te ver gezocht. Waar heeft U het over? Kinderen die na de oorlog totaal niets meer hadden, heen en weer werden gesmeten van het ene adres naar het andere, die helemaal over de kop lagen met hun doen en laten, die probeerde een weg te vinden naar een nieuw leven en die JA werden geholpen door anderen die WEL konden helpen. Vraagt U daar NU een kwitantie voor? Schaamt u zich niet? En ook ik vraag, "Is dat teveel gevraagd om achter de waarheid te komen?" Denkt U hier maar eens over na en hoop dat U goed kunt slapen wat vele van deze mensen tot op vandaag niet meer kunnen doen.
    Shlomo Bobbe, 18 october 2005 (01:22), Hadera, Israel
    top

  • Meneer Engelsman, waarom zou ik zo dankbaar moeten zijn, aan de joodse voogdij instellingen? Dat mijn onderduik ouders geen contact met mij mochten opnemen, na dat zij hun leven en dat van hun familie in gevaar hadden gebracht? Dat er gelogen is tegen hun dat wij opgenomen waren bij een lieve joodse familie? Ik kan me echt niet herinneren de liefde die wij als kleuters in de Rudelsheimstichting kregen. Wat ik wel kan herinneringen waren veel straffen en klappen en dat in een joods orthodoxe instelling! Terwijl de laatste wens van mijn ouders was ons niet op te voeden in het joodse geloof. Ik citeer dit uit mijn OPK file en jullie wisten dat. Ik begrijp dat ik joods ben maar waarom in een othodox en niet zionisties tehuis, moet ik daarom weer bedanken? Bedankt voor de uitstekende opleiding die ik heb gekregen, lagereschool, kopschool, ambachtschool, landbouwschool, overal een jaar of zo en dan er weer uitgegooid. Nog een wonder dat ik het zover geschopt heb en 40 jaar als air-traffic controller heb gewerkt op het internationale vliegveld van Ben-Gurion. Als jongens ontdekten wij op de zolder nieuwe kleren speelgoed en chocola, voor wie was dat? Wij hebben dit gezien maar nooit gekregen. Moet ik weer zeggen bedankt. Bedankt dat mijn erfenis van mijn ouders misbruikt is. O ja bedankt dat ik op minderjaarige leeftijd, door de voogdij instellingen, naar Israel ben weg-gestuurd en dit tegen de adviezen van de deskundigen in Nederland en Israel. Bedankt dat ik 10 gulden zakgeld per maand kreeg in Israel (uit mijn eigen vermogen). Bedankt dat ik nog leef.
    Waar ik echt en oprecht dankbaar voor ben is dat de Staal's weer een grote familie is. Dat ik een lieve familie heb, 3 kinderen en 6 kleinkinderen en mijn broer 4 kinderen en 13 kleinkindreren. Daarvoor, meneer Engelsman, ben ik dankbaar.
    Marcel Staal, 18 october 2005, Netaim, Israel
    top